donderdag 23 september 2010

De wereld van vóór 1348.

Kunnen wij, 21ste-eeuwse Westerlingen, ons nog wel inleven in onze voorouders van vóór de Zwarte Dood?

Ten eerste staan de zogenaamde Middeleeuwen al ver van de gemiddelde moderne mens af. Een samenleving, doordrenkt van geloof en religie is voor ons moeilijk voor te stellen. De wereld om ons heen is misschien nog niet voor 100% geseculariseerd, maar ons denken waarschijnlijk wel. Ook de Christenen van nu, ondanks protesten van de Vijfhoek en misschien hun eigen verlangen, staan ver af van hun broeders en zusters in de ME, en zeker van die van vóór de Zwarte Dood. Het kan raadzaam zijn Huizinga te lezen om een idee te krijgen van de late ME, maar ik vrees dat het ons niet zal lukken onze verre voorouders te bereiken.

Ten tweede, ik zie de Zwarte Dood als een soort waterscheiding. Het is zo dat uit mijn onderzoek eind vorig jaar bleek dat er wel degelijk processen waren die gewoon doorgingen. Alleen is de samenleving na 1348-51 enorm veranderd. Alleen al demografisch gezien, dat ca. 33% van de bevolking van Europa stierf. Dit heeft een enorme impact gehad, op allerlei processen die misschien al gaande waren, maar door deze 'positive check' versterkt werden: de landbouw, urbanisatie, arbeidsverhoudingen etc. Daarbij het gegeven dat de bevolking van Europa zich met een zeer traag tempo weer vermeerderd heeft. Sommige gebieden haalden pas eeuwen later weer het bevolkingsaantal dat men vóór de zich opvolgende pest-epidemieën heeft gehad. Het is eigenlijk amper voor te stellen hoe compleet anders dit is.

Even zeer hypothetisch zou je je kunnen afvragen of de ingreep van de Zwarte Dood ook niet één van de triggers is geweest voor maatschappelijke verandering en de Renaissance. in principe staan beiden los van elkaar maar het valt me wel op dat juist in de periode rond 1350 de eerste 'nieuwe denkers' zich melden. Dit kan te maken hebben met een hernieuwd klimaat, meer (economische) vrijheid en een verminderde invloed van de Kerk.

Maar dan de Zwarte Dood als 'straffe Gods' en oproep tot penitentie? Dit heeft inderdaad in de ene hand de devotie onder de 'gewone' bevolking versterkt. Daarnaast echter ontstonden er ook juist lekenbewegingen buiten (het gezag van) de Kerk om. Ook faalde de Kerk om soelaas te bieden. De decadentie van de kerkelijke top was al meer zichtbaar, en tot overmaat van ramp vond juist in de tweede helft van de veertiende eeuw het Westers Schisma plaats. Eenduidige oorzaken zijn natuurlijk niet aan te wijzen, maar ik denk wel dat deze factoren de vroege Renaissance bevorderd hebben: afkeer van de scholastiek, het lezen van de Antieken en bestudering van het klassieke Latijn, de klassieke politiek en filosofie - naast het teruggrijpen op de Antieken en het verwerpen van 'de Middeleeuwen' wijst dit op een zekere afkeer van de Kerk.

Wij, als filosofische producten van Renaissance en Verlichting, kunnen de mens van vóór 1348 eigenlijk niet meer begrijpen. Zowel geestelijk, als in ervaring. Leven wij niet in een 'gehygiëniseerde' samenleving? In de ME lag de dood om de hoek, en ziekte hoorde bij het leven. Maar voor die contrasten wijs ik u wederom door naar Huizinga.

Tot slot, ik ben van mening dat we veel van onze Middeleeuwse voorouders kunnen leren, en dat ook een aardig deel van onze cultuur zijn oorsprong vindt in deze cultuur, ondanks de beijveringen van humanisten en latere denkers. Ik vrees alleen dat onze 'neurale imprint' zodanig veranderd is, dat we deze cultuur enkel bij benadering kunnen benaderen.

Zonde...

zondag 7 februari 2010

Zwarte Dood, kunst en cultuur (2)

Een poos geleden schreef ik over het debat over de invloed van de Zwarte Dood op kunst en cultuur (in Noord-Italië). Inmiddels is het essay afgerond en bekroond met een mooi cijfer. Een korte weergave vindt u hieronder:

In zijn weergave van het debat over de Zwarte Dood gebruikte Binski (1) het boek van Millard Meiss (2). Dit laatste boek heb ik doorgenomen en de reacties erop bekeken. Zoals u misschien al aan de titel hebt gezien was Meiss een kunsthistoricus, evenals Binski overigens. Meiss' theorie over een veranderde cultuur na de Zwarte Dood is dan ook voor een deel gebaseerd op de analyse van kunstwerken, een gebied dat mij (helaas) onbekend is. Hoewel Binski de verandering in cultuur op treffende wijze beschrijft slaagt hij er niet in meer dan een verwijzing te creëren in de trant van: 'die cultuur moet toch wel z'n invloed op de kunst hebben gehad'. Er is terecht veel kritiek gekomen op zijn stellingname, die wel vernieuwend was maar niet een complete verklaring kon bieden voor de Noord-Italiaanse kunst in de tweede helft van de trecento.

Dit neemt niet weg dat Meiss een treffend beeld weet te schetsen van de cultuur na de Zwarte Dood. Hij beschrijft de impact van een ramp, maar ook ontwikkelingen die versneld werden of opkwamen. Hij beschrijft bijvoorbeeld de rol van de flagellanten en de Fraticelli (een radicale afsplitsing van de Franciscanen) vlak na de ramp. Deze groepen bestonden al langer vóór 1348 (de flagellanten werden in 1351 verboden) maar werden in de chaos na de ramp actiever. Dat wil zeggen, de cultuur veranderde niet dusdanig dat er 'nieuwe' elementen ontstonden, maar eerder een intensivering van een al aanwezige cultuur. Daarnaast schetst Meiss de rol van enkele invloedrijke personen, om het indringender religieus besef te schetsen. Onder leiding van mensen als Sint Catharina en Beato Giovanni Colombini ontstonden er devote bewegingen buiten de kaders van de kerk om. Dit duidt op een zich verbredend en verdiepend religieus besef onder de burgerstand - terwijl de kerk had afgedaan.


Uitstapje: de afkeer van Colombini van de gevestigde kaders van de kerk, het afwijzen van de priester als middelaar, het zingen van eigen nieuwe gezangen, de hernieuwde aandacht voor de Heilige Geest: het duidt allemaal op een opwekkingsbeweging. Hoewel ik weinig van de beweging van Colombini afweet, vond ik dit een interessante opvallendheid. Daarnaast is het aardig logisch: na een gebeurtenis of omstandigheid waar de kerk geen bevredigend antwoord lijkt te hebben, begeeft men zich buiten de kaders en begint een devote beweging, ongebonden door regels of liturgie.


1. Paul Binski, Medieval death: ritual and representation (Londen 1996).
2. Millard Meiss, Painting in Florence and Siena after the Black Death. The arts, religion, and society in the mid-fourteenth century (Princeton 1951).